Waardering:

Gruwelijk Keulen

Wat een nachtmerrie: levend begraven worden, in alle eenzaamheid en paniek langzaam sterven. In Doodskist van de Duitse auteur Arno Strobel overkomt het verschillende vrouwen die worden ontvoerd en begraven door iemand met een overduidelijk zeer gestoorde geest. De jacht op de gestoorde dader houdt de lezer vanaf het begin in de greep.

Hoofdinspecteur Menkhoff moet haast maken met zijn onderzoek voordat er nog meer slachtoffers vallen. Het eerste slachtoffer is de halfzus van de steenrijke Eva Rossbach; in naam eigenaresse van een grote fabriek die haar vader heeft opgebouwd. Met die Eva is meer aan de hand, denkt Menkhoff. Zij droomt van doodskisten en levend worden begraven. Als zij in haar bed wakker wordt, heeft zij verwondingen die er op duiden dat haar dromen wel eens werkelijkheid zouden kunnen zijn.

En wat moet de man van die vermoorde halfzus, een nietsnut die alleen om het geld is getrouwd, en de zoon van manager, die de fabriek in naam van Eva bestuurt? Zijn die niet allemaal op het geld van Eva uit?

Langzaam dringt Menkhoff verder door tot de kern van de gruwel, die zich in het verleden van de familie Rossbach lijkt te bevinden. Een verleden van luxe en harmonie dat niets meer blijkt te zijn dan schone schijn. Maar niemand heeft er ooit iets van durven zeggen want de fabrieksdirecteur was een zeer machtig man.

Strobel beschrijft in Doodskist de meest beangstigende momenten in het leven beangstigend realistisch. Het plot zit uitstekend in elkaar alhoewel de goede verstaander lang voor de vreselijke finale door heeft wat er aan de hand is. Maar hoe erg is dat in het geval van een thriller die het vooral van de psychologische druk en horrorachtige moorden moet hebben? Een prima thriller van een schrijver die weet hoe hij spanning moet