Waardering:

linwood barclay‘Soms moet je geduld hebben’

Als student aan de universiteit spatte de droom van Linwood Barclay uiteen: schrijver zou hij waarschijnlijk niet worden. Dan maar journalist, dacht hij. Dat lukte na de studie wel. En dertig jaar later kwam die oude droom toch nog uit. Hij werd alsnog schrijver vlak voor zijn vijftigste verjaardag.

Linwood Barclay – op bezoek in Amsterdam om zijn boek Kijk niet weg te promoten – glimlacht bij die herinnering aan zijn jonge jaren. ‘Ik heb de droom lang te slapen laten liggen. Ik had er als eindredacteur op de krant Toronto Star gewoon geen tijd voor. Maar toe ben ik columnist geworden. En met een column raak je al snel gewend te schrijven. En ik kreeg tijd genoeg. Toen kwamen de boeken als vanzelf.’

Nu komt Kijk niet weg ook in Nederland uit. Een angstaanjagende thriller over een gezin in verval. Het lijkt alsof een jongen in een pretpark wordt ontvoerd, maar de vader vindt hem snel terug. Maar dan is zijn vrouw verdwenen. Als blijkt dat er nergens een registratie is van het kaartje van zijn vrouw en zij niet op de bewakingscamera bij de ingang staat, lijkt er meer aan de hand. Alles in het gezin blijkt op drijfzand gedouwd. ‘Alles is een leugen in het gezin. Niets of niemand is wat het lijkt’, vertelt Barclay.

Kijk niet weg heeft een mooi en verrassend  plot, het is in een snelle stijl geschreven en het leest lekker weg. De personages zijn goed gekozen en Barclay vervalt niet in de stereotypes waar zo veel auteurs in vervallen: de slechteriken zijn puur slecht en de goeden zijn ontzettend goed. Hier zijn de kleuren vager, grijzer en dat werkt Barclay in het boek geloofwaardig uit. ‘Een thriller moet een mysterie bevatten met een twist, een verrassing moet de lezer op het verkeerde been zetten’, aldus Barclay.

Een sociaal thema op de agenda zetten, is niet de ambitie van Barclay. ‘Ik ga er niet naar op zoek, maar soms vindt het wel zijn weg in mijn boek.’ In Kijk niet weg is het vooral het disfunctioneren van een gezin. ‘Ik ken dat van huis uit. Mijn broer schizofreen, mijn dominante moeder die altijd haar zin wilde hebben en mijn vader onder de duim had. Op mijn zestiende overleed mijn vader en moest ik de zaak overnemen. Dat heb een tijd gedaan tot ik ouder werd en kon gaan studeren. Ik kom uit zo’n disfunctioneel gezin en kan dat dus goed beschrijven.’

Een ander thema is de achteruitgang van de kranten. In Canada en Amerika zijn die bedrijven al net zo bedreigd als in Nederland. Minder lezers, minder geld voor gedegen journalistiek onderzoek. ‘Het management maakt de kranten kapot met hun nadruk winstcijfers en rendementen. Hoe moeten kranten in deze tijd het hoofd boven water houden? Nu zakken ze door het beleid van de bedrijven langzaam naar het afvoerputje. De directeuren moeten juist investeren. Manieren bedenken om geld te verdienen aan nieuws.’

Vanwege zijn eigen interesse schrijft Barclay thrillers. Naar eigen zeggen heeft hij alle ‘klassieken’ gelezen. Van Agatha Christie tot Nero Wolf en van Raymond Chandler tot Ross MacDonald. In zijn eerste pogingen richt hij zich echter vooral op humoristische, hilarische verhalen zoals beroemdheden als Elmore Leonard en Carl Hiaassen met succes hebben geschreven. De boeken van Barclay slaan echter niet aan. En hij gooit het roer om. ‘Ik moest iets anders en ik besloot donkere thrillers te gaan schrijven. Minder humor, meer spanning, geweld. Daarmee ging het wel goed en nog net op mijn 49ste werd mijn eerste thriller gepubliceerd. Ja, soms moet je geduld hebben.’